Symbool 4

Samenvatting van symbool nr. 4 - De weg naar het licht

De levende wezens maken een ontwikkeling door van primitieve naar hogere levensvormen. In een bepaald stadium wordt het religieuze principe in de mentale structuur van het wezen geboren. Dit principe ligt niet alleen achter een religieuze instelling, maar ook achter het materialisme, achter alle politiek en alle andere soorten voorkomende bewustzijnsvormen. Dit principe wordt gevoed door het wereldverlossingsprincipe en leidt de mensen zo ver dat ze de oplossing van het levensmysterie kunnen begrijpen.

Belangrijke details in het symbool:

De horizontale kegel vertegenwoordigt een gedeelte van het heelal.
De in drieën gedeelde verticale figuren symboliseren elk afzonderlijk een levend wezen. Het witte vlak is het eeuwige, hoogste Ik van het wezen, het violette vlak is zijn eeuwige kosmische structuur met zijn scheppings- en belevingsvermogen en de gekleurde vlakken zijn zijn fysieke organisme en zijn bewustzijn.
De toenemende grootte van de figuren van links naar rechts geeft de ontwikkeling van de wezens aan. De gekleurde gebieden symboliseren de volgende bestaansvlakken:
- indigo - het mineralenrijk
- rood - het plantenrijk
- oranje - her dierenrijk
- geel - het ware mensenrijk
Van de verticale witte lijn in het dierenrijk tot aan het gele gebied is de ontwikkelingszone van de onvolmaakte mens getoond
De gele straal die van een kleine naar een grote ster loopt symboliseert het religieuze principe. Dit stimuleert de ontwikkeling van het bewustzijn vanaf het geloofsstadium via materialisme en goddeloosheid naar kosmisch bewustzijn.
Figuur II op de kleine afbeelding links laat zien dat de onvolmaakte mens enkel zijn fysieke organisme en andere geschapen verschijnselen beleeft. De kosmisch bewuste mens, figuur III, beleeft zowel de fysieke als de geestelijke structuur.